Veel kinderboerderijen hebben te maken met bezoekers die de dieren voeren met eten dat ze van thuis meenemen. Vorige week besteedde De Telegraaf aandacht aan dieren die overleden door het eten van verkeerd voedsel. Bezoekers zijn zich niet altijd bewust van de gevolgen die het voeren heeft voor de dieren. Wat kun je als kinderboerderij doen? In dit artikel vind je vier tips die je kunnen helpen.
Plaats een niet-voeren bord
Plaats een bord waarop je uitlegt waarom bezoekers de dieren niet mogen voeren. Een voorbeeld dat je kunt gebruiken vind je onderaan deze pagina Hang het bord of op maak zelf een bord in de stijl van jouw kinderboerderij.
Let op: plaats het bord in meerdere talen of gebruik pictogrammen om de boodschap goed over te dragen.
Laat bezoekers helpen tijdens voermomenten
Organiseer een moment waarop bezoekers de dierverzorgers mogen helpen met het voeren van de dieren. Zo krijgen ze alsnog de kans om dieren te voeren én kun je uitleg geven over welk voer ze wel en niet mogen krijgen.
Verplaats de dieren (buiten bezoekerstijden)
Je kunt niet altijd altijd toezicht houden op je dieren. Bijvoorbeeld wanneer de kinderboerderij niet open is voor bezoekers. Staan de dieren op een plek waar mensen ook buiten bezoekerstijden gemakkelijk voer over de hekken kunnen gooien? Kijk dan of je de dieren buiten bezoekerstijden in een afgezet deel kunt plaatsen waar voorbijgangers ze niet kunnen voeren.
Maak een inleverpunt voor voedselafval
Bied bezoekers de mogelijkheid het meegebrachte voer in te leveren, zodat ze het niet hoeven weg te gooien. Of zorg dat er een gft-bak dichtbij de kinderboerderij staat.
Heb je zelf nog goede tips voor andere kinderboerderijen? Wij horen het graag. Stuur ze in een mail naar secretariaat@vskbn.nl.
